Een blog over preken


Een appel?


Beroemd geworden uitspraak van Karel Appel: ‘Ik rotzooi maar een beetje an’
De (misleidende) suggestie: ik doe maar wat en er komt kunst tevoorschijn. Appel overdreef. In werkelijkheid ging hij zeer weloverwogen te werk. Zijn beruchte zinnetje is dan ook duidelijk provocerend bedoeld.

Prediking is anders dan 'gewone' communicatie. Het effect is afhankelijk van het werk van de Heilige Geest. Er gebeurt iets in het hart van de toehoorder, waar wij geen greep op hebben.
Gelukkig maar.
Dat houdt de prediker nederig. Het zijn niet zijn communicatievaardigheden, zijn opmerkelijke intellectuele vermogens, of zijn genialiteit. Hij is afhankelijk van de Heer!
Toch betekent dit niet: doe maar wat, de Heilige Geest breit het wel recht. Soms gebruikt de Heer (tot onze eigen verbazing) onze volstrekt mislukte preken. Dat kan dus. Maar het mag nooit de regel worden.

Preken wordt onder meer vergeleken met zaaien. Dat is nooit 'maar wat an rotzooien'. De boer die midden in de winter bij vijf graden onder nul zijn tarwe zaait, mag geen resultaat verwachten. Hij doet maar wat. Zaaien veronderstelt gedegen kennis van het zaad en van de akker, maar ook van de zaaitechniek.

Zaaien vraagt dus beleid. Nadenken. Verstandig handelen. Rekening houden met de omgeving. Niet zomaar wat doen.
Een prediker heeft verstand van de akker (de toehoorders en hun cultuur), het zaad (het Woord) en het zaaien (het verkondigen).

Een prediker moet een specialist zijn. Maar uiteindelijk is het God die de groei geeft. Daarvan blijft de prediker diep afhankelijk.
Mag ik een appel doen? 
Rotzooi niet maar een beetje an, predikers!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten